Fit in de menopauze
//php echo $word_number; ?> Wat op je bord komt, bepaalt grotendeels hoe je je voelt en hoe je...
Het geheim van menopauze en penopauze ligt in de omkering. Vóór de menopauze is een vrouw met name gericht op de binnenkant. Het ligt in haar natuur om zich in die periode bezig te houden met dat wat er in haar “buik” leeft. Dat is ook wat je ziet, de belevingswereld van de vrouw richt zich op het gezin en de kinderen. Daar ligt ook haar kracht, in de verbinding met de binnenwereld.
Vóór de penopauze is een man met name gericht op de buitenkant. Carrière en financiële zorg is belangrijk. Dáár waar de vrouw binnenshuis aan het roer staat, zorgt de man voor alle voorwaardenscheppende materiële ontwikkelingen. Projectie in deze periode is meestal dat het lijkt dat mannen ‘vrijer’ zijn omdat ze elke dag naar hun werk gaan en vrouwen hun positie thuis vaak als beperkend ervaren door gebonden te zijn aan hun kleine kinderen. De vrijheid is dan ook daadwerkelijk minder. De kinderen vragen zorg en dan lijkt de ‘vrijheid’ van de man een vrijheid waar je jaloers op kunt worden.
Vragen we de man hiernaar, dan zal hij zijn werkbare periode niet als ‘alleen maar vrijheid’ ervaren. Immers zijn innerlijke referentiekader is de zorg voor huis & haard. En mét liefde! De kunst is natuurlijk ook hier, om hierover in gesprek te blijven! Tijdens de overgang, het woord zegt het al, vindt er een bepaalde verandering plaats. Het is een verandering die met name plaatsvindt in je belevingswereld. Vóór de overgang richt de energie van de vrouw zich met name op de “binnenwereld”. In de praktijk komt het er meestal op neer dat ze, diep in haar hart, het gezin en kinderen belangrijk vindt. Ze houdt zich als het ware bezig met dat wat er in haar buik leeft, met omhulling, koestering, een nestje bouwen zou je kunnen zeggen. Daar ligt op dat moment ook haar kracht. Je moet dit meer zien als het richten van energie, dat wat ze vanuit haar hart het liefste zou doen, of het belangrijkste vind (het doet er niet toe of je wel of niet kinderen of wel of niet een baan hebt).
Voor de zogenaamde androgene fase van de man is carrière en financiële zekerheid belangrijk. In deze fase vindt opbouw plaats voor later. De man is dan meer op de buitenwereld gericht, de vrouw zoals gezegd meer op de binnenwereld. Tijdens de overgang vindt er een omkering plaats, dit is een volkomen natuurlijk proces. Om je heen is de noodzaak om binnen te blijven afgenomen (kinderen de deur uit, thuis de zaak op orde, leuke baan). Je energie wil zich nu meer gaan richten op de buitenwereld. Dat is ook wat je ziet gebeuren, vrouwen willen zich na de overgang, diep in hun hart, meer bezighouden met hun actie kant, met de (grote boze) buitenwereld, met dat wat er in hun hoofd leeft. Ze hebben, bij wijze van spreken, nu lang genoeg gezorgd en gemoederd, het is nu tijd voor andere dingen.
Tijdens de androgene fase, met het eind van hun werkbare leven in zicht keert de man meer naar binnen. Vindt het fijner om thuis te zijn en verbindt zich meer met het gezin, de kinderen en kleinkinderen. Een zekere rust daalt in. Hangend aan ook de hormonale verandering is dit een volkomen natuurlijk proces waar we van alles van kunnen vinden, van alles in kunnen veranderen, maar die gewoon vanuit de natuur een gezond proces is. Gezond én waardevol als we bereid zijn hierna te kijken!
Ontwikkeling, ontplooien, groeien, energie en toekomst zijn begrippen die leven en waaraan vorm aan wordt gegeven. Individueel en uniek. Als we maar nooit de puur fysieke verschillen tussen man en vrouw vergeten. Het bovenstaande verschil is van alle tijden. Echter door de emancipatie en ‘baas in eigen buik’ periodes heeft er ook een soort van vertroebeling plaatsgevonden in wat is nu man en wat is nu vrouw. Denk daarbij ook aan de papadagen etc. Mooi, fijn maar ook fundamenteel een beetje wezensvreemd.
De verschillen zijn heel mooi verwoord door Willem Wilmink, dichter, schrijver, zanger en Neerlandicus. Zijn gedicht ‘de trein’ verwoord precies deze verschillen. Vooral een meerwaarde omdat dit gedicht juist door een MAN geschreven is. Inzicht waar we veel van kunnen leren!
voor Wobke
Met de allerliefste in een trein
kan aangenaam en leerzaam zijn.
De prachtig vormgegeven stoel
geeft allebei een blij gevoel.
Voor ‘t verre reisdoel kant en klaar
zit ik dus tegenover haar.
De trein maakt zijn vertrouwd geluid
en zij rijdt vóór-, ik achteruit.
We zien dezelfde dingen wel,
maar ik heel traag en zij heel snel.
Zij kijkt tegen de toekomst aan,
ik zie wat is voorbijgegaan.
Zo is de huwelijkse staat:
de vrouw ziet wat gebeuren gaat,
terwijl de man die naast haar leeft
slechts merkt wat zijn beslag al heeft.
Van nieuw begin naar nieuw begin
rijdt zij de wijde toekomst in,
en ik rij het verleden uit.
En beiden aan dezelfde ruit.
Willem Wilmink (1936)